Afgelopen zondag ging ik met schoonzoon R. naar de Matthäus Passion in het concertgebouw en vanochtend ging ik met dochter naar de film over Reinbert de leeuw en zijn uitvoering van de Matthäus. Beide keren was ik ontroerd door de muziek en de passie van muzikanten, zangers/zangeressen en de dirigent.
Muziek die je raakt kun je steeds weer opnieuw beluisteren zonder dat het gaat vervelen. Muziek kan dus ook eeuwigheidswaarde hebben, net als het gedicht van Guido Gezelle waar ik eerder over schreef.
Poëzie die me raakt kan ik ook steeds weer herlezen en me raken. Met proza heb ik dat minder. Meestal als ik een boek gelezen heb weet ik dat het eenmalig is maar soms weet ik ook direct: dit is een herleesboek. En ik heb zelfs een her-her-herleesboek dat ik zeker een keer voor de vierde keer ga lezen: ‘De duif en de jongen’ van Meir Sjalev.
Met beeldende kunst heb ik dat ook. Sommige schilderijen, beelden, foto’s kan ik keer op keer bekijken en ervan genieten en bij andere heb ik aan één keer genoeg.
En wat fijn dat anderen niet dezelfde dingen mooi vinden als ik anders zou er geen kijkplaats meer voor me zijn. Bovendien zouden veel kunstenaars dan hun werk niet meer kunnen tonen, zich niet meer kunnen ontwikkelen en voor mij zou er niets nieuws meer te ontdekken zijn. Het is dus goed hoe het is.
Geraakt worden
No Comments Yet
Leave a Comment