Uit het gedicht’ Februari’ van Paul Gellings dat we voor het labyrintlopen kregen koos ik drie stukjes om bij te schrijven: 1.mijn kalender op een kier gezet; 2.zicht op zilver water; 3.van takken trilt alleen de schaduw.
Mijn kalender op een kier gezet, wat een heerlijk beeld. Laat de nieuwe maand maar binnenkomen, ik sta er klaar voor. Geen verwachtingen maar komen wat komt. Een dag met zon? Dan naar buiten en genieten van de lentebloemen die de grond uitgroeien. Een dag regen? Dan wat in huis rommelen en lezen, veel lezen. Of schrijven over wat er die dag gebeurt of juist niet gebeurt. Of een boekje maken voor de kleindochter van een vriendin.
Zicht op zilver water, dat is poëzie. Dat klinkt zo mooi en ik zie het voor me. Ik zit binnen achter het raam en kijk uit op stilliggend zilver water. Het roept stilte op, vredigheid. Gewoon kijken en genieten, dat doen de meeste mensen te weinig. Altijd moet er iets gebeuren, gedaan worden. Maar juist door stil te zitten kunnen gedachten rondgaan in de ruimte die nu geschapen is.
Van takken trilt alleen de schaduw. Verder is alles in rust. Dat beleef je door weer gewoon te zitten en te kijken. Misschien trilt dan even mijn eigen schaduw door beelden uit het verleden die nu terugkomen omdat ik mijn geest op een kiertje heb gezet en er verder niets beweegt dat me afleidt. Het denken eraan geeft me alleen al rust.
Leave a Comment