Vandaag, rustig samen met Ton op eerste kerstdag, snuffel ik wat rond in mijn teksten en komt er een tegen die past bij vandaag. We vieren tenslotte de geboorte van een mensenkind dat welkom was bij zijn ouders al waren de omstandigheden, zacht gezegd, niet optimaal. Mijn overpeinzing is ontstaan nadat ik een tekening had gemaakt en daarin een ouderpaar zag, liefdevol gebogen naar hun kind.

Liefde

In deze tekening zie ik de koesterende liefde die ouders voor een kind kunnen hebben. Zij slaan de armen om elkaar heen als een beschermende muur en daartussen, in de luwte kan het kind opgroeien. Maar de muur is niet rondom, er is ruimte om naar buiten te gaan, de eigen weg te zoeken, maar altijd zijn daar die armen die als een warme steun zijn, een beschutting, maar niet vastklampen. Het kind mag de eigen weg gaan. Er wordt vertrouwen aan het kind gegeven. Een veilige start om het leven te gaan ontdekken, fouten te maken, te vallen, maar bij het opstaan wacht daar een helpende hand. Hoeft niet aangenomen te worden, maar is er wel.

Liefde is zo belangrijk voor een kind dat opgroeit. Te weten dat je geliefd bent, welkom, dat je altijd thuis mag komen, wie je ook wordt, welke weg je ook ingaat.

Onvoorwaardelijke liefde is het mooiste wat er is op aarde. En of dat voor een mens, dier of plant is, dat is niet belangrijk. Vanuit een bron van liefde de ander aanvaarden en niet willen veranderen of gebruiken.

Geloof, hoop en liefde, maar de mooiste is de liefde.