Een jonge vrouw komt me tegemoet. Ze kijkt me vriendelijk aan en wenst me een goede dag. Ja, lekker makkelijk. Zij zit ontspannen in haar scootmobiel en ik moet alles lopend doen. Sommige mensen hebben ook alles mee.

Bij de hoek aangekomen probeer ik over te steken, maar niemand die even stopt. Komt er een man aan met een witte stok die hij over de stoep laat gaan en ook hij stopt bij de stoeprand. En ja hoor, nu stoppen ze wel voor meneer, alleen omdat hij een witte stok heeft en ik niet. Sommige mensen worden ook altijd voorgetrokken.

Het is heet buiten. Ik loop verder en jawel, daar staat hij weer te niksen, dag in dag uit. En maar gedag zeggen en lachen naar de mensen die de winkel in- en uitgaan. Waarom gaat hij niet gewoon werken, in plaats van met zo’n daklozenkrant hier te staan? Sommige mensen hebben het maar makkelijk.

Nee, al dat geluk heb ik niet. Ik moet vijf dagen per week keihard werken om mijn vrouw en kinderen te onderhouden. Het onderhoud van mijn huis en tuin kosten me een vermogen. Weet je wat tegenwoordig een werkster en een tuinman kosten? Mijn rijbewijs ben ik een tijd kwijt. Feestje met de jongens gehad, wat gedronken, lang niet zoveel als vroeger. Aangehouden, blazen: ‘meneer u heeft veel te veel gedronken, u mag niet verder rijden.’ Wat een onzin, vroeger dronk ik veel meer en stapte zo in de auto, voor niemand een probleem. Waar is die politie mee bezig? Laat ze boeven gaan vangen en geen nette mensen lastig vallen.

Nee, het is niet eerlijk verdeeld in deze wereld.

Opdracht: schrijf over iemand die jaloers is op iedereen die hij tegenkomt.