De Nederlandse vlag is tegenwoordig rood-wit – blauw. Maar dat is niet altijd zo geweest. De ouderen, zoals ik, kennen de kreet: ‘oranje-blanje-bleu’. Dat waren oorspronkelijk de kleuren omdat die bij het kostuum van Willem van Oranje pasten. Het probleem was dat er nog geen oranje verf bestond die zijn kleur hield. Het oranje uit die tijd verbleekte tot geel of werd roodachtig. Halverwege de zeventiende eeuw was men dat zat en veranderde men het oranje in rood.

Waar het oranje uit die tijd nog wel in de vlag zit, is in die van New York. Dat komt zo: op 20 juli 1673 veroverden Nederlandse soldaten de stad terug op de Engelsen. In triomf liepen ze door de straten en doopten de stad Nieuw Oranje. Doordat Nederland in verschillende oorlogen verwikkeld was, hadden ze geen tijd en zin om de stad te blijven verdedigen tegen de Engelsen en droegen haar daarom in 1674 weer over aan de Britten. De naam Oranje ging verloren maar aan de vlag is nog te zien dat we er wel geweest zijn.

Dit kwam ik te weten toen ik over oranje las in het boek ‘Het geheime leven van kleuren’ vanwege het kleurenproject dat ik met Nel doe en in oktober de kleur oranje aan de beurt was.