Gisteren met twee vriendinnen naar Leiden geweest naar de tentoonstelling Casa Romana in het museum voor Oudheden. En het was weer genieten. Niet alleen van de tentoongestelde voorwerpen, maar ook van de geschiedenis van de vroegere Romeinen en hoe de rijken onder hen woonden. We liepen door hun vertrekken en zagen de voorwerpen die daar gestaan konden hebben. Heel veel indruk maakte het glaswerk op ons. Wat een vakmanschap hadden de mensen in die dagen. Als je de beelden ziet, de mozaïeken, de stoffen, maar ook het prachtig gekleurde glaswerk, dan ben je stil. Je zit en kijkt en blijft een hele tijd kijken. Ook lekker natuurlijk om even te rusten, maar wij alle drie laafden ons aan de schoonheid van vooral het glaswerk.

Aangekomen in de keuken was het verrassend om daar verschillende recepten op kaarten te zien van gerechten uit die Romeinse tijd. En dat was griezelen toen we het lazen. Neem nu dit gerecht: gevulde baarmoeder.

Uitgebreid staat geschreven welke groente en kruiden er schoongemaakt moeten worden, fijngestampt en dooreen gemengd. Dat alles gaat dan in de goedgewassen baarmoeders. Die worden vervolgens gekookt in water, olie, garum met een bouquet van prei en dille.

Er staat niet bij of het menselijke dan wel dierlijke baarmoeders zijn. Waar zou je zoiets kopen? Op de markt? Bij de slager? En hoe zou het ruiken?

Ik heb even opgezocht wat garum is. Het is een vissaus, gemaakt van gepekelde vissen of de ingewanden van vissen en die liet men twee tot drie maanden gisten en inweken.

Het bezinksel, dat ook werd gegeten noemde men allec en de vloeibare saus die eruit zag als oude honingwijn noemde men liquamen. Ik las dat er overal in het Romeinse rijk fabrieken waren waar men garum maakte. Daarna werden ze in amforen vervoerd en bewaard. En ook die amforen waren te zien. Kortom, een goede besteding van een regenachtige dag.