Met de vreselijke dingen die er in de wereld gebeuren is het een voorrecht te leven in een land waar je nog op een zonnige dag als vandaag gewoon je fiets kunt pakken en gaan waar je wilt. Terwijl onze jongste dochter de verkoeling zocht in het Spaarne, onze oudste de schaduw van de tent zocht op Vlieland, ging ik op de fiets door de buitenrand van Schalkwijk. Dit vind ik een leuk stuk van Rondje Haarlem, eerst langs het Spaarne, dan door de weilanden en verder langs de Ringvaart. Het was heerlijk ontspannen fietsen in eigen traag tempo en rondkijken of er iets voor mij te fotograferen was. Ik kwam voor de bossen berenklauwen die ik al eerder had gezien, maar ik kwam te laat: weggemaaid.

Gelukkig stond er her en der langs het pad nog een, meestal een al grotendeels uitgebloeid exemplaar. Dus fiets aan de kant en ze van onder en boven, links en rechts vastleggen. Doe ik ieder jaar en krijg er geen genoeg van. Maar er was veel meer te zien. Ganzen, reigers, dorsende boeren en opeens: een ooievaar. Ik blijf het zo bijzonder vinden dat je die hier in de randstad gewoon tegen kunt komen. Ook op de foto dus. Op de terugweg, bij het fietserstunneltje gestopt bij de nog altijd geweldige schilderingen van koeien, gemaakt door leerlingen van de Rudolf Steinerschool. Natuurlijk, ook op de foto. Maar toen, toen zag ik in mijn ooghoek iets hangen aan een gele plant op de stoep. Het hing heel stil, dus ik dacht dat het dood was. Dan had ik mooi de tijd om het rustig te fotograferen. Het was een enorme hommel. Toen ik klaar was kwam zij tot leven en klauterde langs de stengels heen en weer. Soms hing ze alsof ze aan een trapeze hing. Dus doorgaan met fotograferen. Heel veel bewogen foto’s weggegooid, maar toch een paar waar ik blij mee was over gehouden. Hier een stukje van de buit van vandaag. Klik op de foto om hem te vergroten.