Vorige maand bij het schrijfcafé maakten we met een gebruikt theezakje twee afdrukken op een kaart. Toen die droog waren tekenden we er twee gezichten in en daarna bedachten we een gesprek tussen de twee figuren. Bij mij kwam het volgende op:
‘Hé, blijf van me af, weg met die hand.’
‘Rustig wijfie, ik bedoel er niks mee. Ik zag alleen een vies beestje op je trui en dacht: die haal ik er even voor je af’.
‘Ja ja, deze smoes heb ik vaker gehoord, maar ik heb jouw hand niet nodig, ik red mezelf wel’.
‘Nou, mag je tegenwoordig niet eens meer een vrouwtje helpen? Het wordt er voor ons mannen niet leuker op.’
‘Nou, het was voor ons vrouwen allang niet leuk meer, maar dat is nu voorbij. Dus wen er maar aan.’
‘Ik denk dat ik maar naar mijn vrienden ga. Bij hen mag ik wel een arm om de schouders slaan zonder dat ik kwaad wordt aangekeken.’
Je moet hier maar weer opkomen!!!
Dan zie je maar weer hoeveel wegen er naar Rome
leiden! Heel veel dus jou kennende.