Als het mogelijk zou zijn, een kijkje in de toekomst nemen, zou ik dat dan willen?
Absoluut niet.
Ik wil niet weten wanneer ik alleen kom te staan of dat ik misschien wel eerder dood ga dan Ton. Kan natuurlijk altijd, al is de kans dat het andersom is, vele malen groter.
Ik wil niet weten of ik dan nog zelfstandig kan wonen of dat ik geestelijk of lichamelijk zo achteruit ben gegaan dat ik in een tehuis moet wonen.

Maar stel dat ik een optimistische kijk in de toekomst zou kunnen maken. Dan zie ik mezelf nog lekker rondscharrelen in en rond de flat. Misschien rijd ik nog auto of heb ik zo’n handig 45 km. autootje. En ik schrijf nog steeds stukjes op Fluweelbloem, doe nog projectjes met Nel want we willen contact houden en onze geest blijven aktiveren met nieuwe opdrachten aan elkaar.

De kinderen wonen nog steeds vlak naast elkaar en hebben het nog goed met hun R. en P. en zijn nieuwe wegen ingeslagen met hun beroep. Ook zij willen zich blijven ontwikkelen. We gaan nog eens per jaar met elkaar naar een boshuisje en genieten van de natuur en elkaar. Doen spelletjes, P. bakt pannenkoeken, R. vertelt mij nu over de natuur en M. en A. kletsen er nog steeds op los met elkaar en willen nog steeds winnen met hun eigen kaartspel.

Als dat mijn toekomst zou zijn, dan teken ik daarvoor. Maar er zijn geen inschrijfformulieren dus wacht ik mijn toekomst gewoon in vertrouwen af.