Gisteren en vandaag weer prachtige wolken. Die deden me denken aan een gedicht van T. van Deel

De wolk

Wat zijn wolken bedrijvig, ze groeien
tot kool en sterven in stralend blauw
waaruit ze altijd weer op kunnen staan.
Ze vergaderen rond toppen van bergen,
vervluchtigen boven het dal, niet vast
ligt wat ze er zeggen, ze zijn met
zo velen en hangend te wisselend samen. De
mooiste wolk is alleen in een lucht-
en een wind waait hem over de aarde.

Leuk dat ze ‘groeien tot kool’ en niet ‘als kool’ zoals we gewoonlijk zeggen. En de tegenstelling van het sterven en die prachtige blauwe lucht versterkt het pijnlijke van het sterven. Maar sterven voor wolken is niet erg want ‘ze kunnen altijd weer opstaan’.
Het is mogelijk dat ik dit gedicht al eerder heb gebruikt maar een goed gedicht kan niet vaak genoeg gelezen worden.