Het is vreemd, maar ik houd er zo van om zinnen, brokstukken enz., die me zeer treffen, over te schrijven; ik ben dan a.h.w. in de lichamelijke nabijheid van die woorden, het is alsof ik ze streel met m’n vulpen, al klinkt dat ietwat plat.

Etty Hillesum.

Wat een apart beeld: woorden strelen met je vulpen. Ook ik houd van brokstukken tekst, van stukjes zin die me treffen en schrijf die dan over. Soms met vulpen, soms met balpen, maar het liefst met vulpen. Dat glijdt lekker over het papier. Ook dat is een soort strelen. Ik vind het niet plat klinken: ‘de lichamelijke nabijheid van die woorden’, juist niet eigenlijk. Door het zo te zeggen voel je het als het ware zelf ook. Want woorden die je iets doen en die je opschrijft komen tot je, zijn je nabij.

Zo schreef ik ooit de volgende zin van Anselm Grün over: ‘Iedereen kan een licht worden in de duisternis van een ander’.

Als ik dit lees en daarna overschrijf zie ik het voor me: een mens die licht uitstraalt in een donkere omgeving. En die mens kan iedereen zijn, als hij/zij maar wil en er oog voor heeft. Daarbij is het ook belangrijk dat je hebt ervaren wat het betekent als een ander voor jou een licht is geweest in een donkere tijd. Pas als je iets zelf hebt ervaren kun je begrijpen wat het ook voor een ander zou kunnen betekenen.

Maar zelfs zonder dat iemand aanwezig is kan hij/zij door geschreven woorden een lichtpuntje of zelfs een vuurtoren zijn voor degene die de woorden leest en ze laat binnenkomen. Dan zijn woorden nabij, kun je bijna voelen wat de schepper van de woorden je wil zeggen, je wil laten voelen.

Daarom is het zo belangrijk dat er schrijvers, denkers, filosofen zijn en dat er nog steeds boeken en kranten gedrukt worden. Dat er overal bibliotheken en boekwinkels zijn waar niet de staat bepaalt wat er te lezen valt maar dat ieder vrij mag kiezen wat te schrijven en wat te lezen. Dan pas kunnen wij ons als mens verder ontplooien want hoe meer je van een ander weet, hoe beter je de ander kunt begrijpen. En de ander kunnen begrijpen betekent dat je de ander niet haat, niet op neerkijkt, maar ziet als medemens. Alleen zo kan er vrede blijven in de wereld.