Gesloten en open types.

Als je een gesloten type bent, laat je dan niets binnen komen of naar buiten gaan? En als je een open type bent, is het dan precies andersom? En hoe gesloten ben je? Laat je nog een kiertje open, een hele spleet of komt er echt niets binnen en gaat er niets uit?

Kun je leven als je helemaal op slot zit? Maar ook: kun je leven zoals je zou willen als je helemaal open bent en alles binnen laat komen?

Ik denk dat als je niet af en toe de toegang afsluit en even helemaal alleen met jezelf bent, met je eigen gedachten, overpeinzingen, angsten, vreugde, je van jezelf vervreemdt. Al die informatie die van alle kanten op ons afkomt, dat kan je innerlijk totaal ontregelen.

Af en toe het slot erop geeft rust, tijd tot reflectie of als je dat niet wilt, tijd om te bedenken waarom je dat niet wilt. Is dus eigenlijk ook reflectie.

Waarom is iemand een gesloten type? Ben je dat omdat het in je aard zit of heb je dingen meegemaakt waardoor je de boel afsluit om niet weer gekwetst te worden? Ik denk dat beide het geval kan zijn.

Ikzelf ben soms open, soms gesloten, maar toch ben ik meer open dan gesloten. Heb wel momenten nodig dat de deur naar de buitenwereld op slot gaat. Geen indrukken van buitenaf meer, het wordt dan te druk in mijn hoofd en hart. Even tot rust komen door bijvoorbeeld te schrijven over gesloten zijn, open en dicht. En dit allemaal naar aanleiding van het thema ’slot/ sloten’.

Wanneer ga je echt op slot? En als je dan helemaal op slot bent, wie kan je dan nog bereiken? Kun je dan om hulp vragen? Hulp aanvaarden om weer wat meer open te durven zijn? Te durven voelen?

Als ik aan een gesloten type denk komt me direct een afstandelijk, wat koel individu voor ogen. En bij een open type denk ik aan een gezellig mens, vrolijk en in voor van alles wat er zich aandient. Maar wie weet is dat eveneens een vlucht om de echte werkelijkheid niet te hoeven voelen. Net zoals een gesloten type dat kan doen, maar dat komt dan heel anders bij de buitenwereld over. Ingewikkeld en moeilijk te doorgronden waarom iemand soms is zoals hij/zij is. Daarom is het wijs niet te snel te oordelen over iemand, maar ja, soms gebeurt het voor je er erg in hebt en kun je je daar laten best ongemakkelijk over voelen.