vrijdagmiddag

Vanmorgen naar de papierbiennale geweest in Rijswijk, zoals altijd met A. Fototoestel mee, accu vol. de tomtom kregen we niet goed aan, maar we zijn al zo vaak geweest, dat moet ook zonder kunnen. En dat kon. In het museum zei na een paar foto’s mijn toestel” innerlijk geheugen vol”. Hoe kan dat nou? Gisteren mijn kaart leeggemaakt. Kaart er maar even uithalen en er dan weer indoen, dat helpt soms. Maar niet als je kaart nog thuis ligt naast de computer. Dus het museum uit en op zoek naar een nieuwe geheugenkaart. Ben ik er bijna bedenk ik dat mijn tas nog in het kluisje ligt. Weer terug, en zo begonnen we wat later aan onze rondgang, maar met een geheugenkaart waar genoeg op kon. En we hebben weer prachtig werk gezien al was de expositie kleiner dan andere jaren. Maar er was meer dan genoeg om een paar uur te lopen genieten.

Genieten doe ik ook van de taal uit een nieuw boek dat ik aan het lezen ben met een gruwelijke inhoud. Het gaat over een ss’er ( sorry kan dat niet met hoofdletters schrijven) die zijn beleving van de oorlog en zijn opgang in de rangen van de ss beschrijft. Het zet je wel aan het denken. Het volgende citaat heb ik gemarkeerd, zo van: bedenk wat een geluk je hebt gehad geboren te worden op de plek en de tijd waar oorlog geschiedenis was. Het citaat:

‘ Als u geboren bent in een land en in een tijd waarin niemand uw vrouw en kinderen komt vermoorden, en waarin ook niemand u komt vragen andermans vrouw en kinderen te vermoorden, prijs dan de Heer en ga in vrede. Maar vergeet dit nooit: u hebt misschien meer geluk gehad dan ik, maar dat maakt u nog niet tot een beter mens. Zodra u zo hoogmoedig bent om dat te denken, wordt het gevaarlijk…’

Het boek heet’ De welwillenden’ en is geschreven door Jonathan Littell en het telt 978 bladzijden. Of ik het uit kan lezen weet ik niet, maar dat ligt dan niet aan de wijze van schrijven van de auteur maar meer of ik deze verschrikkingen aan kan/wil.

Maar nu eerst een nieuw weekend voor de boeg. Ik hoop voor wie dit leest dat het een prettig weekend is.

koolmeesjes

Wat een zomer en nu bijna nazomer hebben we. De deuren open en lekker op het balkon zitten of, vorige week, in de bostuin. Daar heb ik zo genoten van de natuur om me heen. Zoals van de wolk koolmeesjes die er vooral ’s morgens rondfladderde. Opeens zijn ze er, ik telde er bijna twintig. Sommige, net als de kikker van gisteren, wat onhandig bij het ergens landen na een korte vlucht. En dan opeens zijn ze ook weer allemaal weg. Maar voor het zover was kwam er een heel dicht naar me toe, steeds dichterbij. Ik zat heel stil met mijn camera in de hand. Opeens voelde ik in mijn hiel prikken. Hoe zou toch niet? Jawel, even later kwam het koolmeesje naar voren en begon verwoed op mijn grote teen in te hakken. Wat een kracht met dat dunne insectensnaveltje. Dat voel je als rups of spin helemaal natuurlijk. Omdat hij er zo bij bewoog zijn de foto’s dat ook. Gelukkig was hij op andere momenten even rustig en kon ik een scherpere foto maken. Dat is geluk he, zoiets te ervaren. Hoef je niet ver voor te reizen. Hoef je eigenlijk niet voor te reizen. Ga ergens zitten op een bankje of stoel waar vogels zijn, zit stil en de vogels komen naar je toe. En dan maar kijken naar elkaar.

Els schrijft ook over de kikker en de vlinder en de prachtige libelles. Die heb ik ook gezien en gefotografeerd. Komt hierna, ik moet eerst nog even uitzoeken welke libelle het geweest zou kunnen zijn.

vangen kikkers vlinders?

Zoals ik al schreef heb ik vorige week menig uur doorgebracht naast een van de twee vijvers in de bostuin van E. Witte en gele vlinders dwarrelden van bloem naar bloem. Een grote kikkers volgt een vlinder, draait mee, zit gespannen startklaar, springt met zijn handjes naar voren en mist. Vlinder fladdert snel omhoog. Goh, dacht ik, vangen kikkers vlinders of was dit een eenmalige actie van deze kikker? Maar nee, ik zag het later weer en weer ontsnapte de vlinder. Ik heb wel eens gelezen dat een kikker dood zou kunnen gaan van de honger terwijl er naast hem een vette vlieg zit. Die vlieg zien ze niet, alleen wat beweegt daar reageren ze op. Dat blijkt wel als we aan komen lopen: ploep, ploep, alle kikkers duiken meteen de vijver in. (klik op de foto’s om ze te vergroten)

Maar als de stoel staat, ik stil zit, dan komen ze een voor een weer tevoorschijn. Ze hebben een geweldige schutkleur en zo op het mos of de stenen zie je ze pas als je goed kijkt. En dat deed ik natuurlijk.

Zo zag ik ook dat een kikker ook onhandig kan zijn. Een, misschien wat jongere want hij was erg groen en volgens mij worden ze donkerder als ze ouder worden, in ieder geval worden de knobbels op hun rug zwarter, en die wilde vanaf de vijver de kant opspringen. Maar dat was best een sprong. Hij zette af, greep de rand, maar greep mis en viel weer terug in het water. Nog een keer proberen en weer viel hij in het water terug. Hij greep steeds mis. Toen kreeg zijn kikkerverstand de overhand en ging hij het op een andere plek proberen en jawel, daar lukte het. En dat alles zie je vlak voor je gebeuren. Je moet er gewoon even de tijd voor nemen en tijd had ik vorige week genoeg.

« Previous Entries